ik vond jou spartelend aan de waterkant
je lijfje drijfnat en uitgeput
ik pakte jou op en nam je in mijn hand
ik blies mijn warme adem over jou heen
je wapperde met jouw vleugeltjes
de ontroering ging door merg en been
ik zwom met jou naar de rand
je leek op een engeltje
zo lieflijk teder en transparant
ik zette jou neer ergens bij een plantje
je moest nu weer alleen verder
de weide wereld in zonder mijn handje
Geen opmerkingen:
Een reactie posten